Enkele weken terug constateerde ik dat ik wat last had van een overslag in m’n hart; een zogenaamde VES (Ventriculaire Extra Systole). Geen enkele reden tot zorg aldus de cardioloog, je kunt er 100 mee worden. Deze ‘klachten’ waren voor mij echter wel een signaal om eens goed onder de motorkap te laten kijken. Er staat immers een groot avontuur voor de deur, waarbij ik 24 uur op een racefiets ga zitten. Ik vraag nogal wat van mijn lichaam. Het kan dan geen kwaad om de boel eens goed door te laten lichten.
Ik vond dus tijd om een groot sportmedisch onderzoek te laten doen. Donderdag 10 juli 2014 was het zover. Ik moest mij melden bij een dependance van Sport Medisch Advies Centrum Alkmaar in Broek op Langedijk. Daar trof ik sportarts Frank Nusse. Nadat ik eerst het doel van mijn komst had uitgelegd (mijn plan om 500 kilometer te gaan fietsen binnen 24 uur op een racefiets wil nog wel eens op onbegrip rekenen) gingen we aan de slag.
Eerst werden er wat algemene gegevens opgemeten, zoals lengte en gewicht. Ook werd er een huidplooi-meting gedaan. Vervolgens volgde er een orthopedisch onderzoek. De lenigheid van mijn spieren werd als goed bestempeld, met de vermelding dat ik zeer ruime gewrichtsbanden heb. Dit is genetisch bepaald en daarnaast gunstig (dus bedankt pa en ma!). De oogtest ging dramatisch maar daar was ik van te voren al van op de hoogte; ik ben immers brildragend. Tenminste..ik zou een bril moeten dragen. Er volgde nog een bloed-onderzoek, urine-onderzoek en een longfunctie-test.
Na dit onderzoek nam ik plaats op de fietsergometer voor de inspanningstest. Ik kreeg allemaal elektroden opgeplakt, waarna er eerst een hartfilmpje in ruststand werd gemaakt. Vervolgens moest ik gaan fietsen, waarbij de weerstand steeds hoger werd gezet. Dit ging lang goed. Ik dacht nog bij mezelf: ‘de sportarts weet dat ik straks 24 uur wil gaan fietsen, dus hoe lang gaan we dit volhouden zo?’ maar na een minuut of 5 merkte ik toch dat het wat zwaarder ging en dat ik het dus niet 24 uur vol zou gaan houden. Nog eens 5 minuten daarna zat ik te ploeteren om de trappers rond te krijgen, totdat de sportarts zei dat ik mocht stoppen. Ik moest nog even uitfietsen zodat bekeken kan worden hoe snel mijn hart weer op zijn herstelslag zat.
Mijn hoogst gehaalde belasting is 330 watt. Dit komt neer op 4,5 Watt per kg lichaamsgewicht. Ik weet niet zo goed of dit heel goed is of normaal of misschien zelfs slecht (dus iemand die daar verstand van heeft, let me know). Mijn maximale hartslag is 187 slagen per minuut, waarbij mijn omslagpunt op de 166 slagen per minuut ligt. Dit is informatie waar ik wat mee kan; wanneer ik met Cycling Holland zorg dat ik onder de 166 slagen per minuut blijf kan ik heel lang doorgaan zonder dat ik verzuur. Dit speelt weer een belangrijke rol bij het verbranden van koolhydraten. Mijn geschatte maximale zuurstofopname is 3920 ml/ min. Dat komt neer 53 ml/kg/min omgerekend naar mijn lichaamsgewicht.
Conclusie: ik ben bokfit. Ik heb een goede conditie, een goed uithoudingsvermogen en een snel herstel. Mijn longfunctie is goed (100%) en mijn hart functioneert ook prima. Sterker nog: de overslag is tijdens de inspanning niet geconstateerd. Dit is fijn om te horen, omdat ik nu zeker weet dat het verantwoordelijk is om straks de grote fietstocht te kunnen maken.
Op naar de volgende training.
Geef een reactie