Het is half 8 als de wekker gaat op zaterdag 17 mei 2014. Ik ben nooit echt een ochtendmens geweest, opstaan is nu dan ook weer lastig. Ik ben toch direct onder de douche gesprongen, want om 08:30 zouden we vertrekken richting Zandvoort. Slaap uit de ogen wassen, benen nog even snel scheren (blijft gek) en tanden poetsen. Daarna snel aankleden en een blik witte bonen en tomatensaus soldaat maken! Alles voor de koolhydraten, zullen we maar zeggen.
Vervolgens de laatste spullen nog even bij elkaar rapen en hupsakee: richting Michael.
Eenmaal bij Michael aangekomen waren ze al bezig met het inladen van de auto. Daar bleek echter dat er een probleem was met de fietsendrager achterop de auto: de racefietsen pasten er niet in. Dit zorgde voor enkele minuten vertraging. Het probleem was echter gelukkig snel opgelost: in plaats van met 1 gingen we met 2 auto’s naar Zandvoort. 1 met de spullen (stoeltjes, tassen, resevefiets, etc) en de andere met onze eigen 2 racefietsen. de reis naar Zandvoort ging redelijk voorspoedig. Een kleine verkeersopstopping ten hoogte van Haarlem maar zonder al te veel verdere vertraging kwamen we rond 10:00 bij Circuitpark Zandvoort aan.
Daan en David, een deel van de crew, was er al. Zij hadden de camper bij zich welke we mochten lenen van oom Manus. De camper fungeerde als motorhome, waarin onze rondes en timing live in de gaten gehouden kon worden. Ook was dit het honk van onze crew. We hadden een mooie plek op de camping, gelegen aan het stuk circuit bij het uitkomen van de Tarzanbocht. We hebben snel onze spullen uitgeladen en ons naar de briefing gehaast, welke om 10:30 al was begonnen. Daar werden nog even alle regels en bijzonderheden vermeldt. Tevens konden we onze transponder hier ophalen. We kregen transponder-nummer 51 en 52 uitgedeeld. Het bleek nog even dat de transponders verwisseld waren, iets wat we gelukkig zelf op tijd opmerkten. Iets wat, achteraf gezien, aan het einde van de race nog van pas kwam.
Na de briefing hebben we onze bidons opgehaald bij de stand van Sportvoedingwebshop, om ons vervolgens snel gereed te gaan maken voor de 24-uurs race. Al snel was het 11:30 en dus tijd voor de openingsronde. Alle deelnemers gingen in een grote groep langzaam over het circuit. Tijdens deze openingsronde konden we eens goed kijken en aanvoelen hoe het circuit nou eigenlijk reed. We maakten hier ook voor het eerst kennis met de Hunzerug en de bult aan het einde van de Slotemakersbocht; 2 pittige heuvels waar we elke ronde weer tegenaan moeten klimmen. Er zitten echter ook snelle stukken tussen waar je lekker tempo kan maken. We hadden ons voorgenomen om een gemiddelde van 25 kilometer per uur aan te houden. Het bleek, gelet op de snelheid van het circuit, echter goed te doen om zeker in het begin een gemiddelde van 30 kilometer per uur aan te houden. Na de openingsronde moesten we onze fietsen parkeren aan de zijkant van het rechte stuk, ten hoogte van start/finish. Cycling Zandvoort stond op het punt om te beginnen.
De start ging a la Le Mans; al rennend moesten we na het klinken van het startschot naar onze fietsen toe, om op te stappen en er vandoor te gaan. Het rennen was geen probleem. Wel had ik even moeite met het meteen inklikken van mijn pedalen, waardoor het niet de flitsende start was die ik had gehoopt. Er was echter geen nood aan de man; we hadden immers nog 24 uur om dit goed te maken. Het begin ging goed. Het fietsen ging lekker, het was lekker zonnig en zeker niet koud. Achterop het circuit stond wat meer wind wat het toch soms nog wel pittig maakte om lekker door te kunnen fietsen. We zouden in stints van 10 rondjes fietsen. Na elke 10 rondjes volgde dan een korte ‘pitstop’ om te eten, drinken bij te vullen en gebruik te maken van de sanitaire voorzieningen. Hoewel het parcour en het uitzicht wel elk rondje het zelfde waren, zaten er toch (grote) verschillen in de stints die we fietsten. Zo ging het in stint 1 perfect met mij, maar had ik in stint 2 al wat moeite om lekker door te trappen. In stint 3 ging het echter weer goed. Gelukkig hadden we elkaar: samen vochten we ons door de eerste paar stints. Na 4 stints te hebben gefietst volgde een grotere break, waar we even konden bijkomen van het fietsgeweld. We zaten dan al op 166 kilometer; meer dan dit hadden we nog nooit eerder gefietst.
Omstreeks 21:00 was het tijd om de lichten op de fietsen te gaan monteren. De schemering begon al in te zetten en de organisatie stelde verlichting verplicht. Terecht ook, want eenmaal donker zag je niets meer. Door de dalende temperatuur werd het ook snel kouder dus we hebben ook onze kleding verwisseld voor wat warmers. Blij verrast waren we met het bezoek van neef Niels en oom Manus (van wie we de camper mochten lenen). Dit geeft toch weer even een opsteker wat je energie geeft om weer een paar goede stints te rijden. Het circuit is niet verlicht zoals bijvoorbeeld in Abu Dhabi, dus al snel reden we onze laps in het zwart van de nacht. Dit was dan ook het moment dat het echt zwaar begon te worden. De heuvels leken met elk rondje hoger te worden, en het werd steeds stiller om ons heen. Het leek alsof veel teams de baan af gingen om te gaan rusten. Een kleinere groep bleef s’nachts doorrijden. Omstreeks 23:30 vonden wij dat het tijd was voor onze powernap. We hadden een kleine voorsprong op ons schema opgebouwd dus we konden deze voorsprong gebruiken om even goed te rusten.
In de camper hadden ze plek voor ons gemaakt om te gaan slapen. We hadden afgesproken om 20 minuten te gaan liggen. Langer zou niet goed zijn, want dan wordt je alleen maar beroerder wakker. Ik ben zelf niet echt in een diepe slaap gevallen. Ik kon de gesprekken buiten de camper nog enigszins volgen. Toch heb ik wel wat kunnen rusten. Om iets voor half 1 werden we gewekt. Ik werd meteen wakker. Michael had het even iets moeilijker. Hierdoor liet onze crew ons iets langer liggen, namelijk tot 01:00. Ik vond dit echter niet verstandig dus ik ben opgestaan. Ik heb van dit moment gebruik gemaakt om even te gaan bellen met het thuisfront: vrouwlief kon ook de slaap niet vatten en volgde onze vorderingen via internet. Ze maakte zich toch een beetje zorgen dus was het tijd om mijn stem even te laten horen. Om 01:00 was Michael ook wakker dus werd het weer tijd om de baan op te gaan. Wel zouden we onze stints korter maken: in plaats van 10 rondes reden we vanaf dit moment 5 rondes per stint, zodat we ons elk uur konden melden bij de crew. Zo konden zij controleren of het nog wel goed met ons ging. Veiligheid boven alles.
Door de kou en de vochtige lucht verdween het laatste beetje slaap al snel uit de ogen. In een steady tempo reden we onze rondes over het circuit. Doordat we nu nog maar 5 rondes per stint moesten rijden leek het ook overzichtelijker. Aftellen van 5 naar o gaat toch sneller dan tellen van 10 naar o. Daarnaast was de grote tijdklok op start/finish al de 12:00:00 gepasseerd en zaten we dus al ruimschoots over de helft. Voordat we het wisten fietsten we het ochtendschemer in. De vogels begonnen te fluiten, het duingras begon de dauwen; Zandvoort ontwaakte. Dit zijn toch de momenten die een evenement als deze bijzonder maken. Even vergeet je de vermoeidheid en de pijntjes. Zo nu en dan komt er een fietser voorbij die even een praatje met ons maakt. Voordat je er erg in hebt, is het ochtend.
Van te voren had ik verwacht dat als het eenmaal ochtend zou zijn, het relatief makkelijk zou zijn om de 24-uurs race uit te rijden. Niets bleek echter minder waar te zijn. Vanaf dit moment werd het namelijk pas echt zwaar. We waren moe en alles deed zeer: nek, rug, schouders, stuitje, zitvlak, benen, knieën. Elke keer het zelfde rondje. Dezelfde heuvels. Dezelfde bochten. We waren er klaar mee. We lagen echter nog steeds op schema; de 100 laps zouden we nog steeds kunnen halen. Het werd echter steeds lastiger om na een pitstop weer op de fiets te stappen voor een nieuwe stint. Toch was het ons elke keer weer gelukt om maar weer te beginnen aan een nieuwe reeks rondes. Op een gegeven moment merkte ik gedurende het fietsen dat me ogen echt zwaar werden. Het werd lastig om me te focussen. Mijn concentratie verdween als sneeuw voor de zon. En dit met nog zo’n 20 rondes te gaan. Tijd voor drastische maatregelen: tegen beter weten in heb ik een blikje Red Bull gedronken (terwijl koolzuur eigenlijk killing is tijdens sporten) en een spuit met koud water in mijn nek en gezicht gezet. Deze combinatie zorgde ervoor dat ik weer helder werd, waardoor ik ook de laatste 20 rondes uit kon rijden. Gelet op de vermoeidheid zijn we in stints van 5 rondes blijven rijden; 10 rondes per stint was op een gegeven moment gewoon even te veel.
Nog 3 stints van 5 rondes, nog 2 pitstops en dan de race uitrijden. Dat was het plan. Crewmember Daan sprak me toe: ‘nu verstand op 0. Niet teveel omkijken. Gewoon blijven fietsen op je eigen tempo. Dan haal je het!’ Weer fietsend op het circuit kwam bij mij voor het eerst het echte besef dat we de 100 rondes ook daadwerkelijk gingen halen. Bij het uitkomen van de Hugenholtzbocht zag ik mijn gezin aan komen lopen. Voordat ik de enorme klim weer kon beginnen de Hunserug op kon ik nog net een glimp van mijn dochter opvangen die me herkende zwaaide; ‘hee papa!’. Betere epo kan een wielrenner zich niet wensen kan ik je vertellen. Ik kreeg voor mijn gevoel weer even vleugels.
Daar fiets je dan. Michael fietste een stukje achter mij. Hij had al enige tijd last van zijn knie en de pijn werd steeds heftiger. Ook waren we allebei bek- en bekaf. Hierdoor viel Michael wat terug.Ik kon hem echter nog achter mij zien fietsen, dus ik bleef hem toch een beetje in de gaten houden. Hoe gaaf zou het namelijk zijn om samen de 100e ronde over start/finish te gaan. De achterstand werd echter ongemerkt steeds een stukje groter. Na 5 rondes ging ik naar binnen voor de laatste pitstop, waar Daan me al stond op te wachten. ‘Wat doe je hier? Fietsen!’, riep hij. Ik had me vergist. Ik had door moeten fietsen. De race uit moeten rijden. Michael reed wel door en vanuit de pitstraat zag ik hem voorbij fietsen over het rechte stuk de Tarzan-bocht in.
Ik herpakte me snel en ben direct de baan weer opgegaan. Ik kon de energie nog vinden om het gat tussen Michael en mij te dichten en na anderhalve ronde reed ik weer naast hem. Door de pijn in zijn knie lag het tempo van Michael echter wat lager waardoor er al weer snel een gat ontstond. Bij ronde 99 wacht ik hem op, dacht ik nog. Dan fietsen we hem samen uit. Maar ik zag hem niet meer. Was de achterstand te groot? Fietst hij zo ver achter mij? Bij het uitkomen van de Tarzan-bocht na ronde 98 probeerde ik contact te maken met de crew: ‘waar is Michael?’, vroeg ik. Echt antwoord kreeg ik niet. ‘DOORFIETSEN EN KOP ERBIJ HOUDEN’, was de boodschap die ik kreeg. Ik snapte het niet. Bij ronde 99 vroeg ik het weer. Toen zag ik het. Michael was naar binnen gegaan. Ik stond er alleen voor. Ik heb de ronde uit gefietst om daarmee mijn teller op 100 laps te zetten. Toen ben ik ook direct naar binnen gegaan, met nog een ruim uur op de klok.
Eenmaal binnen kon ik mijn gezin begroeten. Het zat er op. 100 laps gereden; dat was het doel. Ik had er wellicht nog een paar uit kunnen persen, maar waarom zou ik? Tijd om te rusten. Michael zat er ook. Door de pijn in zijn knieën heeft hij noodgedwongen moeten opgeven. Het lukte hem ook niet meer om de laatste 2 rondes in de slipstream uit te rijden. Zijn race zat er helaas op. Om 12:00 was het tijd voor de finale-ronde. Iedereen zou dan officieel worden afgevlagd. Crew-member Daan heeft zich bereid gevonden om deze laatste ronde met mij te fietsen. We stelden ons op in de pitstraat, klaar om de baan op te gaan. Daar kwam ik nog wat mensen tegen die we de afgelopen 24 uur tijdens het fietsen op de baan hadden gesproken. ‘En, heb je het gehaald?’, vroegen ze. ‘Yes, 100 rondes in de pocket!’, zei ik. Ze feliciteerde me met mijn prestatie. Eenmaal de baan op fietsten we bijna stapvoets in een grote massa de finale-ronde. Ik had al 50 minuten stilgezeten dus alles deed nu wel echt zeer. Nog een keer de Hunserug op. Nog een keer de zware klim maken aan het einde van de Slotemakersbocht. Ik was op. Gebroken. Start/finish kwam dan ook geen moment te vroeg voor mij. Daar kregen we onze medaille uitgereikt. Een medaille, waar ik trots op ben. Een amateur-fietser, die pas op 4 januari 2014 voor het eerst een racefiets heeft aangeraakt. We zijn nu (pas) een ruime 5 maanden later!
Het was een geweldig evenement! Het weer was heerlijk; veel zon, niet teveel wind. Ik ben lekker bijgekleurd en heb al de welbekende wielrenners-’tan’ met strepen. We zijn onze crew heel erg dankbaar! Ook zij zijn heel diep gegaan om ons gedurende de 24 uur optimaal te verzorgen. Daan, David, Dennis en Inge: dank jullie wel hiervoor! Een speciale dankbetuiging gaat uit naar Manus en Marga: we vinden het echt supertof dat we jullie camper mochten lenen.
We hebben leuke mensen ontmoet. Zo ook onze buren op de campingplaats: Les 24 heures du Hans. Hans, Phillip, Dave en Alexander: dank voor jullie tips, adviezen, steun en vooral gezelligheid.
Bewondering hadden we voor het peloton, die om de zoveel rondjes voorbij kwam stuiven. Een groep van 20 tot 50 fietsers (het peloton verschilde gedurende de race van grootte) die met een waanzinwekkende snelheid over het parcours ging, en dat 24 uur lang. Wat een bikkels. Soms zelfs een klein beetje vervelend als je weer naar rechts wordt ‘geblaft’, maar achteraf begrijp ik dit ook wel omdat het gaat om het klassement en nou eenmaal in je flow zit. No hard feelings dus.
En dan te bedenken dat dit ‘slechts’ een oefening was. Een oefening voor het echte werk. Een oefening voor Cycling Holland. We hebben nog een lange weg te gaan, maar we hebben er nu wel aan kunnen proeven. 24 uur lang fietsen en tegelijk een enorme afstand overbruggen. We kunnen het! Dat hebben we dit weekend maar bewezen.
Foto’s genomen door David Haring.
De statistieken:
Sessie 1 (stint 1 t/m 6):
Afstand: 238,78 km
Duur: 11:17:32
Bewogen duur: 08:58:44
Tempo: 02:50 min/km
Bewogen tempo: 02:15 min/km
Gemiddelde snelheid: 21.1 km/u
Gemiddelde bewegingsnelheid: 26,6 km/u
Maximum snelheid: 45,8 km/u
Hoogte winst/verlies: 112 meter/113 meter
Gemiddelde hartslag: 153 bpm
Hoogste hartslag: 185 bpm
Sessie 2 (stint 7 t/m 15 + finale-lap):
Afstand: 191,98 km
Duur: 11:04:32
Bewogen duur: 07:51:02
Tempo: 03:28 min/km
Bewogen tempo: 02:27 min/km
Gemiddelde snelheid: 17,3 km/u
Gemiddelde bewegingsnelheid: 24,5 km/u
Maximum snelheid: 44,5 km/u
Hoogte winst/verlies: 107 meter/107 meter
Gemiddelde hartslag: 131 bpm
Hoogste hartslag: 160 bpm
Totalen:
Afstand: 430,76 km
Duur: 22:22:04
Bewogen duur: 16:49:46
Tempo: 03:09 min/km
Bewogen tempo: 02:21 min/km
Gemiddelde snelheid: 19,2 km/u
Gemiddelde bewegingsnelheid: 25,55 km/u
Maximum snelheid: 45,8 km/u
Hoogte winst/verlies: 219 meter/220 meter
Gemiddelde hartslag: 142 bpm
Hoogste hartslag: 185 bpm
Aantal ronden: 100
Snelste ronde: 08:06:393 (gereden in lap 4)
Positie totaal klassement: 99/113
Positie klasse supersport (solist): 18/31
Geef een reactie